Wanneer we worden geboren, hebben we allemaal geen tanden. Deze tanden komen in de loop van de jaren. Bij iedereen is dat echter wel verschillend. De ene krijgt binnen een jaar al tandjes maar de ander pas na een jaar. Maar ook de grootte van de mond en kaak verschillen. In het leven krijgen we ieder twee sets aan tanden. Het melkgebit en het volwassen gebit. Het melkgebit wordt gewisseld tussen het 6 tot het 13e jaar naar een vast volwassen gebit. De tanden die doorkomen tijdens de wisseling zijn een stuk sterker maar ook zeker groter dan het melkgebit. Daarnaast worden het er meer. Wanneer we het melkgebit hebben, hebben we 20 tanden en kiezen bij elkaar. Het volwassen gebit telt 32 tanden en kiezen bij elkaar, dit is inclusief vier verstandskiezen.

Door dat er in een aantal jaar een aantal grote veranderingen gebeuren in onze mond, kan het nog weleens zo zijn dat het niet past of niet in een keer recht staat. Dit komt door het feit dat de volwassen tanden en kiezen niet met zijn allen tegelijk doorkomen. Dit geeft de tanden en de kiezen de ruimte om scheef omhoog te groeien. Door dat tanden scheefgroeien, kan het zo zijn dat zij de weg blokkeren voor de rest van de tanden en kiezen. Om ervoor te zorgen dat je geen last krijgt van scheefgegroeide tanden en kiezen kan het zo zijn dat je naar de orthodontist moet om een beugel te nemen. Deze beugel zorgt ervoor dat de tanden in de loop van de tijd weer recht gaan staan. Het kan echter uiteindelijk wel zo zijn dat er een tand trekken of een kies trekken gedaan moet worden. Dit om er voor te zorgen dat er genoeg ruimte is voor de rest van de tanden die in de mond zitten.